It is not the brains that matter most, but that which guides them.

Fyodor Dostoyevsky

‘Daar ga ik niet jopiepopie over doen’ zei Sigrid Kaag

Ze zei het echt, Sigrid Kaag, in één van haar laatste interviews in de aanloop naar de verkiezingen. Het was een antwoord op een vraag over haar keurige taalgebruik en dictie. “Zo spreek ik gewoon, zo ben ik opgevoed en het is wat het is; daar ga ik niet jopiepopie over doen.” Dan ben je echt, vind ik. Authentiek noemen we dat ook wel.

Kaag wordt geroemd om haar taalaanleg; ze spreekt er zes vloeiend. Ze spreekt wat sjiekig en een woord als jopiepopie hoort daar niet bij, dat hoort sowieso nergens bij. Maar Sigrid mag het zo zeggen. Het onderstreept nog maar eens dat de wereld van de jopiepopie niet haar wereld is, dus mag je het zo zeggen. Dat maakt je echt. 

Authenticiteit moet rijpen
Maar wat is dat nu ‘echt’ zijn? Wanneer ben je echt? Wat maakt dat je echt overkomt? Wanneer ik mensen vraag naar hun belangrijke waarden noemen ze vaak: oprechtheid, eerlijkheid, openheid. En ze vatten dat dan samen onder de noemer authenticiteit. Jonge professionals zijn vaak op zoek naar authenticiteit. Het is bekend dat authenticiteit voor een deel ‘rijpt’ gedurende iemands loopbaan, als deze niet teveel vervormd wordt door negatieve invloeden van buitenaf. Kaag in haar jonge jaren had wellicht ook wat minder onbevangen het woord  ‘jopiepopie’ gebruikt en was wellicht nog niet helemaal haar echte ‘ik’ zoals ze dat nu is op bijna 60-jarige leeftijd. 

Authenticiteit is te ontwikkelen
Dat betekent niet dat de vraag van de jonge professional moet blijven liggen tot aan zijn of haar zestigste. Authenticiteit is te ontwikkelen. Grofweg zijn er vier factoren die een rol spelen bij het ontwikkelen van meer authenticiteit:

  1. Zelfinzicht: weet wat je talenten, waarden en drijfveren zijn en weet welk (in)effectief gedrag je vertoont.
  2. Zelfwaardering: onderzoek hoe trouw je bent je aan jezelf en vergroot je inzicht in je eigen belemmerende overtuigingen, zodat je steviger in je schoenen komt te staan. 
  3. Autonomie: het maken van eigen bewuste keuzes vanuit zelfinzicht en afstand doen van belemmerende overtuigingen.
  4. Eigenaarschap: ga het aan, neem verantwoordelijkheid om kansen en problemen actief aan te pakken. 

Zo opgeschreven in vier zinnen lijkt het een makkie. Dat is het niet; elk van de vier gebieden is een zoektocht op zich en daar kan je nu mee beginnen. Je bent misschien ‘af’ op je zestigste, maar onderweg kan er natuurlijk best wel wat gebeuren. 

Beeld en geluid moeten kloppen
Een laagdrempelige manier om te werken aan je authenticiteit is beginnen met je eigen manier van communiceren. Authenticiteit komt tot uitdrukking via taal, verbaal en non- verbaal. Wat je zegt moet kloppen met wat je uitstraalt; ‘beeld en geluid dienen te kloppen’ zeg ik wel eens. Daar kan je over nadenken. Een coach kan je daarbij helpen. 

Echte verbinding met je publiek
Authenticiteit maakt dat je geloofd wordt, het zorgt voor echte verbinding met je publiek. Of je het nou eens bent met de inhoud of boodschap of juist helemaal niet, als je wordt ervaren als authentiek, behoud je de relatie, zodat een robbertje vechten op inhoud altijd kan. Zonder authenticiteit boet je in aan geloofwaardigheid en belandt elke discussie in het luchtledige.    

Doordat Sigrid op haar bijna zestigste zei: "Ik ga daar niet jopiepopie over doen", klopte het niet. Het beeld van de nette Kaag klopte dan niet met het jolige taalgebruik. Gelukkig had ze het zelf niet door. Dan is het echt.